Christa kreeg steunhart als eerste in Nederland
Na ernstig hartfalen kreeg Christa – toen 36 jaar oud – als eerste in Nederland een HeartMate: een tijdelijk steunhart, in afwachting van een transplantatie. Het aansluiten van een steunhart was nog nooit eerder in Nederland uitgevoerd en had vijftig procent kans van slagen. “Er waren er twee beschikbaar, dus ik had geluk. We zien het wel dacht ik nog. Nu leef ik al 32 jaar met een donorhart.”
De uitspraak typeert haar: met beide benen op de grond. Haar man leerde ze al vroeg kennen. Tijdens een jongerenvakantie in Noorwegen. “Hij zag mij zitten bij het tentje en zo is het aangegaan.” Na hun trouwen kregen Christa en haar man twee kinderen: Emiel en Inge. De dagen vulden zich met huishouden, de kinderen, veel mooie reizen en vakanties. “Toen kreeg ik de kans om bij een stichting in de keuken te werken. Daar begonnen de klachten. Blauwe lippen, helemaal uitgeput na het traplopen.”
Een gen in onze familie
Via de huisarts werd Christa doorverwezen naar het ziekenhuis. Daar bleek uit een longfoto dat haar hart enorm vergroot was. “Mijn hart werkte maar voor 10 procent door cardiomyopathie: ziekte van de hartspier. Bij de stichting moest ik met schoonmaakmiddelen werken, ik dacht dat het kwam door dat sterke spul. Negen maanden daarna kreeg ik hartproblemen, dus ik legde die link.”  
   
Later bleek een gen in haar familie de oorzaak van Christa’s hartfalen. “Met die schoonmaakmiddelen had het dus niets te maken.” Christa’s linkerhartkamer functioneerde inmiddels zo slecht, dat het bloed nauwelijks meer rondgepompt werd. Per ambulance kwam ze met spoed in het UMC Utrecht terecht.  
    “Het steunhart bestaat nog steeds en wordt in het UMC Utrecht voor patiënten met ernstig hartfalen ingezet. Gelukkig niet meer zo’n grote machine als destijds bij Christa! Het apparaat is enorm doorontwikkeld en verbeterd. We gebruiken dit om de linkerhartkamer te ondersteunen totdat er een donorhart beschikbaar komt, maar ook als uiteindelijke behandeling. We hebben enkele patienten die al 15 jaar met zo’n steunhart leven.”
Hoogleraar cardiologie Linda van Laake van het UMC Utrecht
Een ‘bijzonder medisch geval’
Na de grote operatie, die op dat moment haar leven redde, lag Christa een half jaar op de intensive care. Dat het echt zo kantje boord was, hoorde ze pas later. “Ik schijn ook agressief geweest te zijn, ik wilde weg. Die vechtlust was een goed teken, zeiden ze”, zo vertelde Christa destijds in een interview in het Nieuwsblad van het Noorden. Haar bijzondere verhaal haalde dat jaar volop de media.  
  
Hoe het is om een ‘bijzonder medisch geval’ te zijn? Ook daar blijft Christa nuchter onder: “Bekendheid is leuk, maar niet op zo’n manier. Maar het is niet anders.” Van de operatie waren tien complicaties bekend. “Die heb ik allemaal gehad. Maar ik ben er doorheen gekomen.” Daarna begon het wachten op een geschikt donorhart. En weer een operatie. “Maar zonder dat was ik dood geweest.”  
‘We zijn er nog, zeg ik altijd’
Die nuchtere instelling en vechtlust komt Christa, inmiddels 68, nog steeds goed van pas. Sinds een half jaar weet ze dat zij een spierziekte heeft. “Heftig, het een volgt het ander op, maar ik ben een aanpakker. Natuurlijk wel eens dipjes gehad, maar ik ben een positief iemand. We zijn er nog, zeg ik altijd.”
Bijzonder bezoek
Ook nu zijn haar man en kinderen altijd dicht in de buurt en tot steun. En laatst tijdens een opname in het UMC Utrecht meldde zich een bijzondere bezoeker aan Christa’s bed. “De verpleegkundige die mij destijds heel intensief verzorgd heeft kwam opeens binnenlopen! Nu is ze al twee keer op bezoek geweest, ze is met pensioen. Heel leuk.”
‘Die reis zou ik best nog eens over willen doen’
En de toekomst? “Ik kijk uit naar rust, lekker genieten, samen met mijn man de kinderen en kleinkinderen mogen zien opgroeien. Dat onze dochter ons weer meeneemt voor een dagje uit. De hond. In het verleden hebben we veel mooie reizen gemaakt, naar Noorwegen, Ierland, Rusland. Op de boot zijn we toen de Wolga afgevaren. Zo mooi, die reis zou ik best nog eens over willen doen.”
Dankzij een gezamenlijk initiatief van het UMC Utrecht (destijds AZU) en het Sint Antoniusziekenhuis, wat de basis legde voor het Dutch LVAD-programma, implanteerden artsen van het UMC Utrecht in 1993 het eerste steunhart. Jaarlijks krijgen ongeveer 45 patiënten een steunhart. In Nederland leven ongeveer 380 personen met een steunhart en hiervan zijn 190 patiënten in het UMC Utrecht behandeld. Hier werkt een gespecialiseerd team dagelijks aan onderzoek naar hart- en vaatziekten en het leveren van de beste zorg.