Anouk Vermeer-de Boer neemt afscheid van UMC Utrecht
Anouk Vermeer-de Boer neemt afscheid van UMC Utrecht
De raad van toezicht van het UMC Utrecht maakt vandaag bekend dat drs. ing. Anouk Vermeer-de Boer, lid van de raad van bestuur van het UMC Utrecht, per 1 april 2022 vertrekt bij het UMC Utrecht.
Anouk Vermeer begon in 2018 bij het UMC Utrecht toen de raad van bestuur werd uitgebreid van 3 naar 4 bestuurders. Zij werd verantwoordelijk voor de portefeuille operationele zaken met de opdracht om de zorgverlening aan patiënten nog beter af te stemmen op hun wensen. Anouk heeft zich vooral gericht op het verder professionaliseren van het zorgproces door het verbeteren van de samenwerking tussen de divisies. Een van de resultaten hiervan is het neerzetten van het operationeel capaciteit control center waardoor real time informatie beschikbaar werd om de zorgcapaciteit zo optimaal mogelijk te kunnen plannen. Capaciteit management en kwaliteit van zorg werden bovendien een structureel onderwerp op het operationeel divisie-overleg.
drs. ing. Anouk Vermeer-de Boer
Voorzitter raad van toezicht Caroline Princen: ”Anouk heeft in de afgelopen jaren een enorme bijdrage geleverd aan de verdere professionalisering van het zorgproces. Door haar focus op samenwerking tussen de divisies en onder andere capaciteitsmanagement hebben we grote stappen gezet. We bedanken Anouk voor de uiterst plezierige samenwerking en wensen haar alle succes in de toekomst.”
Voorzitter raad van bestuur UMC Utrecht Margriet Schneider: “Met het vertrek van Anouk verliezen we een gewaardeerde collega die op verbindende en toegankelijke wijze een wezenlijke bijdrage heeft geleverd aan het UMC Utrecht. Vanuit haar ervaring in het bedrijfsleven heeft zij het operationele proces, capaciteitsmanagement en de kwaliteit van zorg binnen onze organisatie verbeterd en slagvaardiger gemaakt. Namens de overige leden van de raad van bestuur en de hele organisatie wens ik haar alle succes in de toekomst. Zij was van grote waarde in ons team en wij zullen haar zeker missen.”